Teamleider Rina heeft een indringend gesprek met een medewerker.
Er is verdriet, er zijn zorgen. Het gaat over zelfvertrouwen en over misschien weer in therapie gaan. Rina luistert, bemoedigt en doet suggesties.
Ineens floept de medewerker eruit: ‘Je lijkt wel mijn moeder!’.
Weerstand
Rina schrikt. Ze voelt weerstand bij zichzelf opkomen. ‘Ik weet niet of ik dat wil’, denkt ze bij zichzelf.
Even is het stil.
Dan vraagt ze: ‘Als je dat tegen me zegt, wat heeft dat voor een betekenis voor jou?’
Waarop de medewerker, als voor haar vanzelfsprekend, een pracht serie van complimenten aan Rina geeft:
- Ik voel me gehoord
- Ik voel me gesteund
- Ik voel me gewaardeerd
- Je helpt me om verder te gaan
- Ik voel warmte en vertrouwen
Aannemen
Rina’s verhaal laat zien hoe gemakkelijk we aannemen dat we begrijpen wat de ander bedoelt en hoe goed het is om juist dan door te vragen.
Wat je zelf kunt doen
Als de ander iets benoemt, denk dan niet te snel dat je wel weet wat hij bedoelt, maar vraag door naar welke betekenis hij er zelf aangeeft.
Het is een als-dan-actie die je vooral goed kunt toepassen tijdens gesprekken, die je op voorhand lastig vindt. Je kunt bijvoorbeeld voor de komende week zeven van zo’n gesprekken uitkiezen om te oefenen.
Lees ook
Herken je deze drie misstappen bij verbindend leiden?